Stel de juiste hoogte in aan de hand van de hoogte van de gebruikte stoel en de lengte van uw romp en benen. Pas de afstand tussen u en de trainer aan volgens de instructies van uw therapeut.
Ga comfortabel zitten, met uw billen tegen de rugleuning van de stoel. Plaats uw voeten op de pedalen (en laat een assistent de kuitsteunen en voetbevestigingen vastzetten). Houd de armsteunen met een ontspannen greep vast.
Zet de trainer aan met de afstandsbediening en begin te trappen. Pas de belasting en snelheid aan met de afstandsbediening.
Veiligheidsaanwijzingen:
- Controleer voordat u begint of de gebruikte stoel stevig bevestigd is en niet achterover kan klappen, vooral bij het fietsen tegen een hogere belasting. Als u een rolstoel gebruikt, vergeet dan niet de wielen te blokkeren en rolstoelstabilisatoren te gebruiken. Overweeg uw rug tegen een muur te plaatsen.
- Als u schoenen met veters gebruikt, zorg er dan voor dat de veters goed vastzitten en tijdens het sporten niet in de apparatuur verstrikt kunnen raken. Gebruik indien mogelijk schoenen zonder veters.
- Lees voor meer veiligheidstips de instructies van de specifieke fiets die u gebruikt.
